Skip to content
Geef ons heden ons dagelijks brood

Bert en Truke Steinmetz – allebei lid van de Vrijzinnigen NPB Wassenaar – maakten deze zomer enkele fietstochten door de Noord Franse graanschuren. De onmetelijke vlakten geven een diepere betekenis aan de woorden “Geef ons heden ons dagelijks brood”.

Transitie

Wie langs de minuscule akkertjes uit de Steentijd wandelt op de Veluwe, zal moeten toegeven dat er voor de jager-verzamelaar uit die tijd sprake was van een transitie die nog duizenden jaren zou duren voor er sprake zou zijn een volwaardig akkerbouwbedrijf. Maar de stap van meer graan, geiten en meer kinderen was gezet. Zoals Harari in Homo Sapiens zegt, de Homo Sapiens was in de val gelopen van meer, meer, meer. Had een gemengd agrarisch bedrijf in 1958 voor een gezond gezin’s inkomen ca dertien hectare grond nodig en zo’n dertien koeien met jong vee, nu praat je al gauw over honderd melkkoeien en twee melkrobot’s van een miljoen euro ieder. Hier is ook geen terug mogelijk.

Een stip in de goudgele uitgestrektheid

Dit onomkeerbare proces, zien wij begin augustus ook in Noord-Frankrijk. Wij stappen op de fiets met het fort van Montmédy als rugdekking en rijden richting Marville, één van de vele agrarische dorpjes in het wijde Maasdal. Waren de akkertjes op de Veluwe tien bij tien meter, hier zijn deze graanvelden niet tien bij tien kilometer, maar voor je gevoel scheelt het niet veel. Dat komt ondermeer omdat de Combine, die nu het graan oogst, niet meer is dan een stip in de goudgele uitgestrektheid. Ook hier is er sprake van ongekende schaalvergroting. Doorfietsend zie je geoogste graanvelden, waar de stroken stro op het stoppelveld je doen denken aan de strepen op ons ‘gevangenispak’. Als je al die bijna oneindig lange stroken telt, besef je eens temeer hoeveel uren arbeid en diesel er nodig zijn geweest voor die ene gang in een veel groter proces dat akkerbouw heet.

Voeten in de aarde

Want even zoveel uren arbeid en diesel zijn er verder nodig voor het verzamelen en het tot balen persen van het stroo en het afvoeren daarvan, het onderploegen van het restant van het vorige gewas of mogelijk een groen gewas om de grond te verbeteren, het inzaaien van een volgend gewas, mogelijk onkruidbestrijding en weer oogsten. Dan pas komt de meel- en de broodfabriek met de tussenliggende transporten in zicht, en tenslotte niet te vergeten de aardige jongedame met mondkapje in de boulangerie die het brood verkoopt.Eigenlijk zou je iedere volgende generatie op een fiets moeten zetten en flink laten trappen door deze onafzienbare vlakten, om hen het besef bij te brengen, dat ‘Geef ons heden ons dagelijks brood’ nogal wat voeten in de aarde heeft.

Bert Steinmetz

 

credits foto: Vincent Teeuwen

Back To Top
Zoeken