Vragen met het woordje ‘eigenlijk’ zijn verdacht. De vraag in de titel van deze Vrijplaats is naar het eigenlijke, het wezen, de kern, de identiteit. Een tegenvraag is: hebben dingen wel een kern, en zo ja, kun je die kennen? Dat geldt zeker voor vragen als: ‘wat is het wezen van de Nederlandse cultuur?’, of: ‘wat versta je onder ‘christen’?’ In de geschiedenis van de godgeleerdheid zijn vele antwoorden gegeven. Er zijn antwoorden die onder ‘het eigenlijke’ of de kern een bepaalde leer verstaan zoals zondebewustzijn, naastenliefde, de tien geboden enzovoorts. Er zijn ook antwoorden die het eerder over de houding of grondpositie hebben.
Rudolf Bultmann
Ik kies hier de opvatting van de belangrijke theoloog Rudolf Bultmann (1884-1976). Hij is een zeer interessante, en gedurende de eerste helft van de vorige eeuw zeer invloedrijke theoloog. De bron om te weten wat christendom is, is de Bijbel. Echter, de Bijbel is lastig te interpreteren. Het is een verzameling van twee testamenten: het oude, dat joods is, en het nieuwe, dat christelijk is. In elk van beide testamenten staan boeken van verschillende aard, vanuit verschillend perspectief geschreven, en uit zeer verschillende tijden. De Bijbel is de hoofdbron van informatie voor een christen over God en de mens, en de rol van Christus. De christen aanvaardt deze openbaring.
Bijbeluitleg
Maar hoe moeten we die tekst lezen? Naar de letter? Dat is lastig. De teksten komen uit oude tijden, en zijn niet zonder meer en op alle plaatsen begrijpelijk voor de moderne mens. Dus is uitleg nodig, dus interpretatie door de lezer. Is uitleg mogelijk zonder de eigen inbreng van een lezer, zonder dat hij, of hij wil of niet, zijn denken aan de tekst oplegt? Dat is onmogelijk en bovendien zinloos volgens Bultmann. We kunnen nog een stap verder gaan: de bijbelschrijvers zelf, de evangelisten, de apostel Paulus enzovoort schreven hun tekst vanuit een gelovig standpunt, en bovendien binnen de literaire kaders van de tijd. Bultmann verwijst naar 2 Korinthiërs 5:16: ‘Daarom beoordelen wij voortaan niemand meer naar de oude maatstaven. En ook al hebben wij Christus ooit op zulke wijze beoordeeld, dan nu toch niet meer’.
Ontmythologiseren
Bultmann wijst erop dat de Bijbel in de taal van een ander wereldbeeld is geschreven.De taal van de bijbel is mythologische taal, passend bij een wereldbeeld dat wij niet meer aanvaarden. De moderne wetenschap spreekt niet van een verdeling van de werkelijkheid in hemel, aarde en hel. Het antieke wereldbeeld is voor de moderne mens niet meer aanvaardbaar. We moeten dus, als wij de bijbel lezen, ontmythologiseren, wil de tekst iets voor ons betekenen. ‘Ontmythologiseren’ betekent wat bij Bultmann: teruggaan naar de existentie, dat wil zeggen het punt van waaruit de mens in de wereld staat, een punt dat niet zelf in de wereld is.
De objectieve blijde boodschap
Bultmann ontkent de mogelijkheid van een objectieve leer van het christendom vast te stellen. Wat blijft er, stellen orthodoxe christenen daartegenover, dan over van de objectieve inhoud, als alles subjectieve interpretatie is? Wat resteert er van de objectieve blijde boodschap? Inderdaad, moet men zeggen, niet veel. Wat Jezus inhoudelijk leerde is niet objectief vast te stellen. Voor zover wij iets van inhoud vermoeden is wat hij zei niet uniek. Veel van zijn opvattingen kunnen wij terugvinden in het Midden-Oosten van Jezus’ tijd.
Vrijheid
Jezus verwees naar het koninkrijk Gods dat onmiddellijk zou komen (de zogenoemde eindtijdverwachting). Christus’ komst zelf was ook onverwacht, en door niets tevoren bepaald. Dat betekent ook dat de mens elk moment in de geschiedenis geheel anders was, en niet vooraf bepaald. Het is tegelijk een uitnodiging bestaande misstanden te beëindigen (bij voorbeeld armoede onder mensen). Elke situatie zal opnieuw als uniek moeten worden beoordeeld. Er zijn geen standaarden voor iedere gelegenheid die tot een bepaalde zedelijke beslissing leiden. Ethische beslissingen zijn dus gebonden aan een concrete situatie.
Afstand doen van zekerheden
Nu gaat het er dus om dat de mens een vertrekpunt heeft om de wereld te verkennen, om zijn wereld te hanteren, om in relatie te treden tot de ander. Dat geldt voor elke Christen. Deze moet afstand doen van traditionele zekerheden. Het gaat nu dus niet om een objectieve blijde boodschap. Christus heeft nooit gezegd dat de volgelingen zijn opmerkingen naar de inhoud moesten vastleggen. De gelovige mens staat op deze wijze buiten de alledaagse realiteit. Hij kiest vanuit die buitenpositie zijn eigen weg. Als de mens de openbaring aanvaardt is de voorwaarde aanwezig dat hij zijn geluk kan zoeken. Volgens Bultmann kan de mens de openbaring aanvaarden vanwege een verwantschap met God.
Existentie
Deze aanvaarding betekent dat de mens zich op zijn existentie geconfronteerd weet en zich op deze moet bezinnen. Het gaat nu niet op inhouden, om essenties. Er is een beginpunt. Is deze bezinning op zijn existentie mogelijk voor de moderne mens zonder de Bijbel mogelijk, zonder geloof in God?. Ik denk van wel. Op dit punt heeft Bultmann scherp kritiek ontvangen. Is er een meerwaarde van existentie volgens het christelijk geloof? Volgens Bultmann maakt het christelijk geloof duidelijk dat de mens nooit zichzelf kan bevrijden, zoals de ongelovigen beweren (bijvoorbeeld existentialisten zoals Jean-Paul Sartre).
Invloed
Tegenwoordig heeft Rudolph Bultmann onder theologen niet meer veel aandacht. Ten onrechte meen ik. De subjectiviteit van de mens, die primair in zijn existentie ligt, is niet weg te denken. Als men daar geen rekening mee houdt, staat het christendom los van de wereld.
Heidegger en Bultmann
Bultmann is een volgeling van de filosoof Martin Heidegger (1889-1976). Daarbij is het interessant te bedenken dat Heidegger in de jaren van Nazi Duitsland aan de kant stond van de Nazi’s, en Bultmann tot de Bekennende Kirche behoorde, die zich verzette tegen de nazistische Deutsche Christen. Maar deze politieke stellingnames staan los van het denken van beiden.
Bert Bos
Meer lezen? Check deze bronnen:
Rudolf Bultmann, Das Evangelium des Johannes, Göttingen 1959 (1941).
Rudolf Bultmann, Theologie des Neuen Testaments, Tübingen 1961.
Geloof zonder mythe? Een keuze uit de artikelen van Rudolf Bultmann, ingeleid door Prof. Dr. J. Sperna Weiland, Roermond 1969.
Heidegger und die Theologie, ed. G. Noller, München 1967.
Online dossier over Rudolf Bultmann, (Met bijdrage van M. Menken die zegt dat er van de objectieve leer weinig overblijft als alles subjectief is).
Prof.dr. Bert Bos is emeritushoogleraar filosofie van de middeleeuwen in Leiden, hij doceerde over Augustinus en Eckhart. Vrijplaatsen zijn korte columns van Bert Bos die hij speciaal voor deze site schrijft.