Skip to content
Vrijplaats – Zijn vrijzinnigen Spinozist?

Deze zomer – op 1 augustus – ging Dr. Rob Nepveu in de dienst voor. Hij hield geen preek, maar gaf een overzicht over de ontwikkeling van de NPB in Nederland. Hij betoogde dat de vrijzinnigheid, ontstaan in reactie op traditionele orthodoxe opvattingen van het christendom, zich in twee sporen ontwikkelde, namelijk in een meer kerkelijke, bijbelgerichte richting, en in een wat hij noemde meer humanistisch-religieuze richting. De grote bloei van de NPB lijkt volgens hem achter de rug. Alles is eindig, maar dat wil niet zeggen dat het zinloos was.

God is natuur

Het betoog was interessant. Wat mij opviel was, dat Nepveu vaststelde dat voor de meeste vrijzinnigen het ingrijpen van God in de geschiedenis een niet meer te verdedigen standpunt was. God stond niet boven de natuur, maar God en de natuur waren hetzelfde. De wetten in de natuur waren autonoom. Schepping vanuit het niets was een achterhaald idee. Velen, zo stelde hij, voelden zich thuis bij de zeventiende eeuwse filosoof Spinoza (1632-1677). Spinoza’s wereldbeeld zou door vele wetenschappers aanvaard zijn. Het kan zijn dat velen zich bij Spinoza thuis voelen. Je zou dat hier in deze geloofsgemeenschap in Wassenaar eens moeten vragen.

Spinozist en dan?

Ik stel hier de vraag of ieder weet wat het impliceert als men zich ‘Spinozist’ noemt. Ik geef het volgende in overweging:

  • Spinoza is een zeer lastig auteur. Hij schreef in het Latijn (behoudens één Nederlands werk) Dit Latijn is zeer lastig. Kennis van de middeleeuwse voorgangers is nodig om de betekenis van de door hem gebruikte termen te begrijpen.
  • Over de uitleg van de leer van Spinoza zijn bibliotheken volgeschreven. Volgens sommigen is hij een mysticus, volgens anderen een rationalist.
  • Spinoza gaat uit van het bestaan van God. Maar wat verstaat hij onder ‘God’? Volgens tijdgenoten was hij een ‘atheïst’. Maar Spinoza erkende toch het bestaan van God? Men bedenke hierbij dat men in de zeventiende eeuw met die term niet bedoelde dat iemand niet in God geloofde, maar een verkeerd beeld van God had.
  • Spinoza geeft een godsbewijs dat sprekend lijkt op dat van de middeleeuwer Anselm van Canterbury, en rationalistisch is. Volgens Spinoza is in de ons aangeboren notie van het hoogste zijnde bestaan inbegrepen.
  • Stelde Spinoza God lichamelijk voor, en uitgebreid? Dat waren vragen van tijdgenoten, die zoiets onbegrijpelijk vonden.
  • Spinoza stelt: ‘Deus sive natura’ (‘God of de natuur’). Hij is dus pantheïst. Of panentheïst, een zwakkere vorm van de aanwezigheid van God in de natuur? Of wat bedoelt hij eigenlijk? Spinoza spreekt toch ook van het verschil tussen de eindige mens en de oneindige God.
  • Spinoza is sterk rationalistisch, naar de meeste geleerden menen. De rede kan alles oplossen, ook de omgang met hartstochten en emoties. Hij legt deze laatste uit in termen van de bewegingswetten van de natuur. Wie onrecht pleegt, weet eigenlijk niet wat hij doet.
  • Spinoza ontkent de wilsvrijheid. De enige vrijheid die hij verdedigt is die van het filosoferen.
  • Er is geen doel in de natuur, dus geen hogere zin van het leven.
  • Ervaringskennis speelt een ondergeschikte rol tegenover de werking van de geest.
  • De Bijbel bevat nauwelijks waarheden en is bedoeld voor de eenvoudige joden en christenen

Het is een historische tekst, die men objectief moet uitleggen. Spinoza is het begin van een historische bijbeluitleg.  Wie zich Spinozist noemt, zou bovenstaande punten moeten overwegen.

 

Prof.dr. Bert Bos is emeritushoogleraar filosofie van de middeleeuwen in Leiden, hij doceerde over Augustinus en Eckhart. Vrijplaatsen zijn korte columns van Bert Bos die hij speciaal voor deze site schrijft.

Back To Top
Zoeken