In zijn preek op zondag 30 januari vertelde Jan Jorrit Hasselaar over Gideon en over zijn jeugdheld Frank Rijkaard. Hieronder volgt de ingekorte tekst van zijn overdenking. Wat is het verband tussen Gideon en Frank Rijkaard?
De hele dienst kun je hier beluisteren.
Frank Rijkaard
Het was in 2015. Ik ging naar het Zuiderbad, bij mij om de hoek in Amsterdam. Toen ik in de rij voor de kassa stond, meende ik al een glimp van hem te zien: “Is het hem echt?” Ik kleedde me om en keek nog eens om me heen. Toen ik de code van mijn kluisje intikte, zag ik hem… Frank Rijkaard, de held van mijn jeugd. Voor het wie niet weet, Frank Rijkaard werd Europees kampioen met het Nederlands voetbal elftal in 1988. Net zoals de kinderen nu voetbalplaatjes verzamelen, deden mijn broer en ik dat toen. Later vierde Frank Rijkaard grote successen met AC Milan en Ajax. Toen ik klaar was met zwemmen, probeerde ik me de code van mijn kluisje te herinneren, maar ik wist het niet meer, de held van mijn jeugd had 30 jaar later nog steeds grote invloed op mij. Gelukkig had de badmeester alle begrip voor mijn heldenverhaal en hoefde ik niet zonder kleren naar huis.
In het verborgene van de wijnpers
In ons heldenverhaal uit Richteren 6 is het gedaan met de rust in het land Israël. We zien hoe Gideon de korrels uit het graan slaat in een wijnpers. In een wijnpers, vraag je je misschien af. Waarom daar? Nou, waar moet Gideon het anders doen. Natuurlijk, op een dorsvloer boven op een heuvel, zodat de wind het kaf van het koren scheidt. Maar als Gideon dat zou doen, dan zou hij zichzelf verraden. De vijand uit Midjan is namelijk in het land. Het graan is nog niet gezaaid of de Midjanieten komen er al weer aan en vernietigen de oogst. En niet alleen de oogst, ook schapen, ossen en ezels worden meegenomen, zodat er grote armoede in het land van Israël is. Om de vijand te slim af te zijn slaat Gideon in het verborgene van de wijnpers de korrels uit het graan. De vijand verwacht hem daar niet.
Gideon en de engel
Terwijl Gideon aan het dorsen is, verschijnt er een engel, een boodschapper, van Adonai, de God van zijn voorouders Abraham en Mozes. Hij begroet Gideon met de woorden “ De HEER is met u, dappere held.” Gideon kijkt de engel schamper aan: “Als God inderdaad met ons is, waarom is ons dit alles dan overkomen. Is dit nu het beloofde land van vrijheid, vrede en gerechtigheid voor een ieder, het land waarvoor mijn voorouders Egypte zijn ontvlucht. “De HEER heeft ons verstoten”, zegt Gideon, “en ons overgeleverd aan de Midjanieten”. De HEER zegt tegen Gideon: “Trek op tegen de Midjanieten! U bent sterk genoeg om Israël uit hun macht te bevrijden”. Dat kan God wel zeggen, maar Gideon ziet dit toch echt anders. Hij heeft niet zo veel op met het scoutingstalent van God. Waarom moet ik Israël bevrijden, vraagt hij. Mijn stam is de armste van alle stammen, en ik ben ook nog eens de jongste thuis.
Gideon en Mozes
Gideon is net als Mozes, toen God hem bij de brandende braambos riep om zijn volk uit Egypte naar het beloofde land te leiden. Ook Mozes kwam met de ene tegenwerping na de andere. De mensen zouden niet naar hem zouden luisteren. En God moet toch tegen echt iemand anders sturen, want hij stottert. Gideon niet zoveel tijd nodig als Mozes om in te gaan op wat God van hem vraagt. Hij gaat, en zal Israël van de Midjanieten bevrijden.
Gods aanwezigheid maakt het verschil
Gideon’s reactie verraadt dat hij op dat moment niet bewust is van Gods aanwezigheid en het verschil dat dat kan maken. Het duurt even voordat de knop om gaat, voordat hij aanvaardt dat hij, het slachtoffer van de Midjanieten, de figuur die zichzelf van geen betekenis vindt, er kennelijk toe geroepen is om een leidende rol te spelen. Ik ben met je, horen we door het verhaal van Gideon heen, durf jij zelf een held te zijn?